De vijftienjarige Ines en haar hondje Oscar lopen op een middag door het bos, dicht in de buurt van haar dorp.

Ines: [denkt] ‘Huh!?’

Ines: ‘Het lijkt wel een scherf, wat doet die hier?’

 

Bekijk de scherven in het platte blok

Ines: ‘Volgens mij moet deze heel oud zijn..’

Ines: [denkt] ‘En ik vraag me ook af wat voor plek dit is …’

Ines gaat naar haar buurvrouw Helena. Zij is archeoloog en weet veel over de prehistorie.

Helena: ‘Waar heb je deze gevonden?’

Ines: ‘In het bos, bij die grote opgestapelde stenen.’

 

Helena: ‘Die vorm … Het lijkt wel een scherf van een trechterbeker. Minstens zo’n 5000 jaar oud.’

Ines: ‘Wauw, zo oud! Wat is een trechterbeker?’

 

Helena: ‘Een trechterbeker is een pot, van klei gemaakt. De bovenkant heeft de vorm van een trechter.’

Bekijk de trechterbekers in blok nummer 1.

Ines: ‘’Zoals die potten die met zo’n draaischijf worden gemaakt? M’n moeder doet dat ook!’

Helena: ‘Nee, ze werden echt helemaal met de hand gemaakt. Zonder draaischijf.’

Ines: ‘Wat knap! Wie maakten ze?’

 

Helena: ‘De mensen van de Trechterbekercultuur. Die woonden hier in de Steentijd.’

Wil je weten hoe de trechterbekers waarschijnlijk zijn gemaakt? Klik hier.

Helena: ‘De Trechterbekermensen woonden niet alleen hier. Ze woonden helemaal tot in Zweden en Oekraïne.’

Bekijk nog meer kaarten over de Trechterbekercultuur op blok nummer 2. Misschien leefden ze wel waar jij nu woont!

Ines: ‘En ze noemden zich naar die trechterbekers die ze maakten?’

Helena: ‘Haha, nee. We weten niet hoe ze zichzelf noemden. Deze mensen van de Trechterbekercultuur schreven niet. Hun buren ook niet. Maar zij maakten trechterbekers, en hun buren niet.’

Helena: ‘Daarom spreken archeologen over de ‘Trechterbekercultuur’.’

Wil je meer weten over de wereld van de Trechterbekermensen? Klik dan hier.

Ines: ‘Die mensen van de Trechterbekercultuur woonden dus ook in dit gebied… Hoe zag het er hier toen uit?’

Helena: ‘Heel anders dan nu: veel minder mensen. Er waren veel moerassen, riviertjes en bijna overal bos.’

Bekijk de bijlen in blok nummer 3. Meer weten over het landschap in de tijd van de Trechterbekercultuur? Klik dan hier.

Ines: ‘Waar woonden de Trechterbekermensen hier, in zo’n landschap met zoveel bossen en moerassen?’

Helena: ‘Langs de rivieren hier en gebieden in de buurt zijn sporen van nederzettingen gevonden.’

Bekijk ook de huizen van de Trechterbekermensen in blok nummer 4.

Helena: ‘Mensen woonden in nederzettingen van een paar boerderijen bij elkaar.’

Meer weten over de nederzettingen en woningen van de Trechterbekermensen? Klik dan hier.

Ines: ‘Dus de Trechterbekermensen waren boeren?’

Helena: ‘Ja. De Trechterbekerboeren deden aan landbouw en hielden runderen, varkens, schapen en geiten. Maar geen paarden en kippen.’

Ines: ‘Ook koeien dus. Voor melk?’

Helena: ‘Ze melkten de koeien, maar gebruikten ook het vlees van de dieren. En runderen werden gebruikt om akkers te beploegen. Deze werden zo klaar gemaakt voor de landbouw.’

Helena: ‘Maar ze waren niet alleen boer. De Trechterbekermensen gingen ook vissen en ze verzamelden vruchten en noten in het bos.’

Helena: ‘En ook jaagden ze in het bos. Met pijl en boog.’

 

Bekijk de pijlpunten in blok nummer 5. Meer weten over hoe de Trechterbekermensen aan hun voedsel kwamen? Klik dan hier.

Helena: ‘Kijk, hier heb ik een vuurstenen pijlpunt die door Trechterbekermensen gemaakt is. Het smalste deel zat vast aan de houten schacht van de pijl.’

Kijk nog eens goed naar de pijlpunten in blok nummer 5Je kunt zien dat ze aan de ene kant breed zijn en aan de andere kant smal. De smalle zijde zat vast aan de houten schacht van de pijl.

Ines: ‘Niet te gelovigen dat deze duizenden jaren geleden gemaakt en gebruikt is.’

Ines: ‘Heb je nog meer spullen van Trechterbekermensen?’

Bekijk het barnsteen en de foto van de barnstenen ketting in blok nummer 6

Helena: ‘Jazeker. Bekijk deze ketting maar eens. Hij is gemaakt van versteend boomhars: barnsteen.’

Ines: ‘Wat schitterend! Vonden de Trechterbekermensen dat barnsteen hier?’

Helena: ‘Nee, het komt uit andere gebieden. Soms helemaal van de kusten van Polen, Estland, Letland en Litouwen.’

Ines: ‘Van zover weg?’

Helena: ‘Klopt. De Trechterbekermensen hadden verre contacten.’

Ines: ‘Op wat voor plekken zijn deze voorwerpen gevonden?’

Kijk ook eens in blok nummer 6 naar de bijl met een rond gat er in. Wil je weten hoe Trechterbekermensen dit soort gaten in steen gemaakt kunnen hebben? Klik dan hier.

Helena: ‘Heel vaak worden ze door archeologen gevonden in de graven van Trechterbekermensen.’

Helena: ‘Daar vinden archeologen ook verschillende soorten potten (aardewerk) en scherven.’

Bekijk in blok nummer 8 het kraagflesje en de scherven.

Helena: ‘De graven zijn wel heel belangrijk om meer te weten te komen over de Trechterbekercultuur.’

Ines: ‘Hoe zagen die graven van de Trechterbekermensen er eigenlijk uit?’

Helena: ‘Je hebt vlakgraven. Dat zijn eigenlijk kuilen in de bodem die met een heuveltje bedekt worden.’

Bekijk maar eens het onderste deel van het plaatje en de plaat in blok nummer 8: daar zie je vlakgraven.

Helena: ‘Als er bij de nederzettingen grote stenen in de buurt zijn bouwen de Trechterbekermensen daar grote grafkamers van: hunebedden.’

Ines: ‘Hmm, wacht eens even…’

Helena: ‘Ze worden ook wel hunebedden genoemd. Een flink werk om die te bouwen.’

Wil je weten hoe hunebedden waarschijnlijk werden gebouwd? Klik dan hier.

Helena: ‘Ze werden door de Trechterbekermensen met aarde bedekt. In onze tijd is de aarde vaak weggehaald en kun je de grote stenen zien.’

Ines: ‘Nu snap ik het! Mijn scherf heb ik in het bos bij een stapel grote stenen gevonden. Dat is natuurlijk een hunebed!’

Helena: ‘(glimlacht) ‘Ja, dat klopt inderdaad. Als je goed om je heen kijkt kun je nog sporen van de Trechterbekermensen vinden.’

Je bent nu bij het einde van dit verhaal aangekomen. Heb je alle blokken om je heen goed bekeken?

Nog meer weten over de verschillende onderwerpen van de Trechterbekercultuur? Klik dan hier.